ZWERFKAT

Vragende oogjes
Bibberende pootjes
Klaaglijk miauwend
tegen het raam…

“Ik laat haar niet binnen
Daar begin ik niet aan…”

Maar zie haar dan toch
die blik in haar oogjes…
Klaaglijk miauwend
zo mager… zo klein…

Ik kon het niet laten
Maar van wie zou ze zijn?

Tien dagen verder
O, wat een plezier:
Poes bleek geen Minoesch
maar Joep was dus hier…
 

‘k Liet hem weer lopen
terug naar zijn huis…
Maar blijkbaar voelt hij
zich bij ons nogal thuis

Hij kan het niet laten
Staat steeds voor het raam
Glipt stiekem naar binnen
Waar begon ik toch aan…